Bij een overdracht draagt de verkoper de verantwoordelijkheid om kennis te hebben of zijn grond al dan niet een risicogrond betreft. Eén van de vele mogelijke acties om tot deze kennis te komen is raadplegen van de Gemeentelijke Inventaris.

De gemeente stelt een Gemeentelijke Inventaris op van de risicogronden en wisselt deze uit met de OVAM. Dit vormt de basis voor het afleveren van correcte bodemattesten.

In het verleden bleek het overmaken van de Gemeentelijke Inventaris aan de OVAM niet vanzelfsprekend. Inmiddels hebben de gemeenten serieuze inspanningen geleverd om hun inventaris van risicogronden op te bouwen en de volledige inventaris van risicogronden moest eind 2017 afgerond zijn.

Abesim merkt dat volgende situaties zich recentelijk vaker voordoen ten gevolge van het vervolledigen van de inventaris:

  • De OVAM heeft zich geëngageerd om alle historische bodemverontreiniging in kaart te brengen. Op basis van de vervolledigde Gemeentelijke Inventaris starten zij nu met het aanschrijven van eigenaars van terreinen waar kennis is van activiteiten die dergelijke verontreiniging kunnen veroorzaakt hebben. Zij verzoeken de eigenaar tot de opmaak van een oriënterend bodemonderzoek.

 

  • Bij sommige recente overdrachten blijkt er - na vervolledigen van de Gemeentelijke Inventaris - kennis te zijn van vroegere risicoactiviteiten, terwijl hier bij vroegere overdrachten geen kennis over was. Verkopers blijken dus soms een risicogrond in eigendom te hebben zonder hiervan in kennis te zijn gebracht bij hun aankoop. In enkele gevallen kunnen deze eigenaars vrijgesteld worden van de verplichting een bodemonderzoek uit te voeren.

 

  • Soms blijkt een kadastraal perceel onterecht te zijn opgenomen als risicogrond. Dit kan worden rechtgezet bij de gemeente of - bij meer complexe gevallen - via het indienen van een gemotiveerde verklaring 'geen risicogrond'.

Bevindt u zich in één van bovenstaande situaties, aarzel dan niet om contact op te nemen. Abesim begeleidt u en staat u bij in de te nemen stappen.